Moederke alleen (Emiel Hullebroeck): Difference between revisions

From ChoralWiki
Jump to navigation Jump to search
No edit summary
Line 21: Line 21:


==Original text and translations==
==Original text and translations==
{{Text|Dutch|
{{Text|Flemish|
1. Wie zal er ons kindeke douwen  
1. Wie zal er ons kindeke douwen  
en doet het zijn moederken niet?
en doet het zijn moederken niet?
Line 31: Line 31:
Kan van uw wiegske niet scheên.
Kan van uw wiegske niet scheên.


2. Wie zal naar ons kindeke kij ken,  
2. Wie zal naar ons kindeke kijken,  
die bleuzenden stouten kapoen?
die bleuzenden stouten kapoen?
Wie zal er zijn hemdekes strijken,  
Wie zal er zijn hemdekes strijken,  
Line 38: Line 38:


3. Wie zou voor ons kindeke derven  
3. Wie zou voor ons kindeke derven  
haar laat ste kruimelke brood?
haar laatste kruimelke brood?
Wie zou er, wie zou er voor sterven  
Wie zou er, wie zou er voor sterven  
en lachen op kind en op dood?
en lachen op kind en op dood?

Revision as of 11:38, 18 April 2015

Music files

L E G E N D Disclaimer How to download
ICON SOURCE
File details.gif File details
Question.gif Help
Editor: Willem Verkaik (submitted 2015-03-28).   Score information: A4, 2 pages, 46 kB   Copyright: CPDL
Edition notes:

General Information

Title: Moederke alleen
Composer: Emiel Hullebroeck
Lyricist: René de Clerqcreate page

Number of voices: 4vv   Voicing: SATB

Genre: SecularChildren's song

Language: Flemish
Instruments: A cappella

Published: 1990

Description:

External websites:

Original text and translations

Flemish.png Flemish text

1. Wie zal er ons kindeke douwen
en doet het zijn moederken niet?
Wie zal er zijn dekentjes vouwen,
dat't schaars door een holleken ziet?
R.: Kleine, kleine moederk'alleen
Douw, douw, douwderideine.
Kleine, kleine moederk'alleen.
Kan van uw wiegske niet scheên.

2. Wie zal naar ons kindeke kijken,
die bleuzenden stouten kapoen?
Wie zal er zijn hemdekes strijken,
zijn haarken in krullekes doen?
R.

3. Wie zou voor ons kindeke derven
haar laatste kruimelke brood?
Wie zou er, wie zou er voor sterven
en lachen op kind en op dood?
R.